De boodschap van Hemelvaart en Pinksteren
Geef je over
Wie aan ‘de grote feesten’ en Franciscus denkt, denkt waarschijnlijk eerder aan Kerstmis of Pasen dan aan Hemelvaart en Pinksteren. Franciscus citeert immers niet uit Bijbelteksten die over deze feesten gaan. Betekent dit dat je als franciscaans mens niet zoveel met deze feesten kunt? Welnee!
“Franciscus heeft de heilige Geest de ware minister-generaal genoemd. Daar zit de crux: we moeten iets doen!”
In een van zijn psalmen, psalm 7, noemt Franciscus de Hemelvaart van Jezus: (10) Hij is opgestegen ten hemel / en zit aan de rechterhand van de allerheiligste Vader in de hemel. (10b) Verhef U boven de hemel, God / en over heel de aarde uw roem. (11) Ja, wij weten dat Hij gekomen is / en komen zal om recht te doen aan gerechtigheid.
Dit gebed bad Franciscus iedere dag van Hemelvaart tot aan het begin van de Advent, behalve op zondag; ongeveer een half jaar dus. Dat moest dus wel een belangrijke tekst voor hem zijn. Maar wat lezen we nou precies? De Hemelvaart doet Franciscus af met een mededeling (vers 10), om vervolgens de lof te zingen op de Vader (10b) en ten slotte te wijzen op Jezus’ komst en de wederkomst (11).
Ik lees dat als volgt. Bij de hemelse Jezus lijkt Franciscus zijn aandacht te verliezen. In de hemel is namelijk iets groters, God de Vader, waar Franciscus’ aandacht naar uit gaat. Hij heeft wel aandacht voor de mens Jezus die op aarde rondliep. Franciscus wilde immers leven naar het Evangelie; naar Jezus’ voorbeeld. Die wordt pas weer interessant bij zijn terugkeer. Pinksteren lijkt niets meer te zijn dan een eindpunt van de Paastijd (om in zijn psalmen terug te keren naar de Tijd door het Jaar).
De opdracht
Betekent dit dan dat je als franciscaans mens niets met deze feesten kunt? Welnee… de heilige Geest komt 20 keer in Franciscus’ Geschriften voor. De mooiste vind ik waar Franciscus de heilige Geest de ware minister-generaal noemt. Daar zit de crux: we moeten iets doen!
Franciscus geeft die opdracht al biddend in zijn Brief aan de hele Orde (50-51): Almachtige, eeuwige, rechtvaardige en barmhartige God, geef ons erbarmelijke mensen, omwille van Uzelf te doen wat wij weten dat Gij wilt, en altijd te willen wat U behaagt, opdat wij, innerlijk gezuiverd, innerlijk verlicht en door het vuur van de heilige Geest ontstoken, de voetstappen van uw geliefde zoon, onze Heer Jezus Christus, kunnen volgen en door uw genade alleen bij U, Allerhoogste, mogen komen.
Die opdracht is de Pinksteropdracht: geef je over aan de heilige Geest, zoals ook Jezus dat gedaan heeft om in zijn voetsporen te gaan. Dan komt het vanzelf goed. God heeft ons namelijk geen kalme reis beloofd, maar wel een behouden aankomst.
Alvast een zalig Pinksteren!
Hans-Peter Bartels ofm
Deze bijdrage verscheen eerder in het tijdschrift Doortocht