Nee, dit is niet de hand van de apostel Thomas die zijn hand mag leggen op de zijdewond van de verrezen Christus. Dit is de hand van de kunstenaar Wim Konings (1954) in een studie voor de stigmatisatie van Franciscus. Stigmata zijn kruiswonden en ze verwijzen bij Franciscus naar een ervaring op de berg La Verna (Toscane), die Franciscus twee jaar voor zijn dood heeft beleefd. Na een bijna veertigdaagse vastenperiode zag hij aan de hemel een serafijnse gestalte verschijnen, die zowel veel liefde als pijn uitstraalde. Die liefde en pijn ervoer Franciscus bij het aanschouwen van de gestalte in zijn eigen handen, voeten en zijde. En wel zó hevig dat er in zijn lichaam kruiswonden achterbleven. Daarmee is Franciscus de eerste van de ongeveer 300 gevalsbeschrijvingen die er in de katholieke kerk over stigmata zijn opgetekend. Interessant detail: bij een heiligverklaring spelen eventuele stigmata geen rol van betekenis; daarvoor is het fenomeen te mysterieus.
Konings fotografeerde zijn eigen lichaam dat hij al schilderend op papier aanbracht. De hand, zowel raadselachtig als liefdevol, volgde later en bedekte een eerder geschilderde wond. Het deed de kunstenaar de vraag stellen door wiens hand Franciscus werd beroerd. Was het de hand van God? Uit de bronnen weten we dat Franciscus zijn kruiswonden voor zijn broeders en anderen verborgen wilde houden. Ook daar verwijst de hand naar.
Deze studie voor de stigmatisatie hangt in de huiskamer van Stadsklooster San Damiano in ‘s-Hertogenbosch.
Wie meer wil lezen bevelen we het boek aan: De nieuwe kleren van Franciscus, een uitgave van het Provincialaat Franciscanen, in Utrecht, oktober 2003.
Fer van der Reijken