Een Proces van zaligverklaring
Een klein woordenboekje
Het kan u via verschillende media vast niet zijn ontgaan: het zaligverklaringsproces van ons Bruurke is heropend. Het was de bedoeling dat als eerste te melden via onze nieuwsbrief, maar soms gaan zaken sneller dan gedacht. Rond het uitbrengen van onze vorige nieuwsbrief stuurde onze minister-provinciaal de officiële brief met het verzoek naar ons generalaat, waar de broeder woont die deze processen begeleidt. Tot ieders verbazing kwam er binnen vijf dagen antwoord – ongekend snel voor post uit Rome.
broeder Everardus Witte,
‘”t heilig Bruurke van Megen”
En zoals dingen dan gaan… het kwam de media en het bisdom ’s-Hertogenbosch ter ore, net als Ronald Valk, die betrokken is bij twee zaligverklaringsprocessen en die ons graag wil helpen. Zo zijn er in volle vaart dingen in gang gezet, waardoor onze nieuwsbrief ineens zo ongeveer de laatste plek is waar we het kunnen melden.
Een woordenboekje
We willen daarom graag uitleggen wat er gaat gebeuren. Omdat het vooral veel begrippen zijn, doen we dat als “woordenboekje”.
Causa
Met het Latijnse woord ‘causa’, letterlijk ‘zaak’ wordt het gehele proces officieel aangeduid.
Dienaar Gods
De eerste fase van de causa vindt plaats op bisdomniveau. De formele benoemingen binnen een proces gebeuren door de bisschop. Als de zaak volgens de lokale bisschop rond is, wordt de zaak naar Rome gestuurd. De bisschop verklaart dan dat iemand ‘Dienaar Gods’ is.
Postulator
Vanuit Rome wordt het proces geleid door de postulator, in dit geval die van onze orde: broeder Giovangiuseppe Califano. Postulator betekent “aanvrager”, hij vraagt de causa aan.
Vicepostulator
Op lokaal niveau wordt het proces geleid door de vicepostulator. Hij houdt contact met het bisdom en de postulator en zorgt dat alle stukken in het Italiaans vertaald worden. Hij wordt benoemd door de bisschop. Onze vicepostulator is broeder Ben van Bronkhorst.
Historische commissie
Een historische commissie doet onderzoek naar het leven van de persoon en de periode na diens dood. Daarvoor willen zij vooral veel mensen spreken die de persoon gekend hebben. Deze getuigenissen worden op schrift gesteld. Zo maken ze een biografie waarmee de Kerk wil vermijden dat er later een vervelende aap uit de mouw komt.
Non cultu
De bisschop moet onderzoek (laten) doen of er geen onrechtmatige dingen gebeuren. Zo mogen er nog geen beeltenissen met aureool (teken van heiligheid) zijn. Als de bisschop ervan overtuigd is dat het goed zit, geeft hij een “non cultu” (letterlijk: “niet aanbidden”) af.
Fama signorum
De kleine ‘wondertjes’ die gebeuren worden gedocumenteerd voor de ‘Fama Signorum’, de ‘Faam der tekenen’. Deze is belangrijk om te laten zien dat er verering is en dat die een reden heeft. De briefjes bij Everardus zijn daarvoor heel belangrijk.
Eerbiedwaardigverklaring
Deze tweede fase van de causa speelt in Rome. De causa wordt getoetst door de discasterie voor heiligverklaring – de naam van de afdeling in Rome die over deze processen gaat, met daarin een historische commissie en twee colleges van kardinalen – en het hoofd daarvan brengt de causa bij de paus. Die verklaart de dienaar Gods dan ‘eerbiedwaardig’.
Br. Ben van Bronkhorst ofm
vicepostulator
Arthur Remmig, broeder Everardus Witte
Zaligverklaring
In de derde fase is het wachten op een erkend wonder. Pas als dat er is, kan de eerbiedwaardige zalig worden verklaard. Een martelaar kan zonder wonder zalig worden verklaard. Helaas voor ons, maar gelukkig voor hem: Everardus is geen martelaar.
Wonder
In bijna alle gevallen zal het moeten gaan om een medisch wonder. Als er op voorspraak van de eerbiedwaardige ergens vrede wordt gesticht telt dit ook als wonder. Als iemand op voorspraak bidt, de genezene beschouwt dit als wonder én er zijn drie artsen bereid om te verklaren dat ze het medisch niet kunnen verklaren, dan kan het aan het bisdom worden voorgedragen als mogelijk wonder.Het bisdom vraagt de drie artsen te getuigen. Daarna stuurt de bisschop het wonder naar Rome; ook daar moeten de artsen getuigen. Moeilijkheden bij de erkenning van een wonder zijn: (1) het moet daar waar het gebeurd is onderzocht worden. (2) Er moet geen arts zijn die zegt het wèl te kunnen verklaren. (3) De tijd tussen het gebed en de verhoring moet echt kort zijn. (4) Het mag niet onduidelijk zijn wie het wonder verricht heeft.
Heiligverklaring
De vierde en laatste stap is heiligverklaring. Daarvoor is nog een wonder nodig (bij een martelaar een eerste). Dezelfde procedure rond het wonder moet nogmaals gevolgd worden.
En nu zijn drie dingen belangrijk
Tot en met 1971 is het proces van Everardus al geopend geweest. Toen ging het naar Rome met de mededeling dat het proces gepauzeerd werd. In 1989 heeft Paus Johannes Paulus II de criteria verhelderd. Nu is veel duidelijker waar een causa aan moet voldoen.
Daarom zijn drie dingen nu belangrijk: het eerste is uitzoeken wie toestemming mag geven dat het ‘pakket’ in Rome geopend mag worden om te zien of de inhoud aan de huidige regels voldoet of dat er iets aangevuld moet worden. Het tweede is het samenstellen van een historische commissie die gaat documenteren wat er tussen 1971 en nu is gebeurd rond Everardus. En ten derde moest de bisschop een nieuw ‘De non Cultu’ afgeven, want die gaat altijd over het nu. Dat is inmiddels gebeurd. Kortom… er is nog een hoop te doen, maar we maken flinke stappen voorwaarts.