Gelijkvormig geworden aan Christus
De stigmatisatie van Franciscus
Elk jaar op 17 september viert de franciscaanse familie het feest dat we de ‘Stigmatisatie van Franciscus’ noemen. Dat feest is wellicht wat moeilijk te begrijpen en te plaatsen. We gaan er daarom hier verder op in.
‘Stigmatisatie’ betekent het ontvangen van de kruiswonden (stigmata) van Christus. Dat zijn dus de afdrukken/wonden van de spijkers in de handen en voeten waarmee Jezus volgens de Evangeliën aan het kruis hing en de wond in zijn zijde op de plek waar de Romeinse soldaat hem doorstak. Ze verbeelden het lijden dat Jezus voor de mensen doorstaan heeft aan het kruis. Met deze wonden zou het lichaam van Franciscus van Assisi zijn getekend. Laten we eerst kijken naar het verhaal bij dit feest.
Het visioen
Twee jaar voor zijn overlijden – we schrijven 1224 – verblijft Franciscus in de kluizenarij op La Verna, de Toscaanse berg die hem jaren eerder door graaf Orlando Cattani was geschonken. Hij brengt er in augustus en september een persoonlijke (extra) veertigdagentijd door in een grot om er in eenzaamheid te bidden, te mediteren en te vasten. Er was dus niemand bij hem aanwezig. En daar krijgt hij op 17 september een visioen van een gekruisigde serafijn – een engel met drie paar vleugels met in dit geval een kruis op de rug – en hij krijgt ter plekke de wonden van Christus in zijn lijf gedrukt. Zo een wonder was in de geschiedenis nog nooit vertoond.
De rest van zijn leven zal Franciscus zijn uiterste best doen deze wonden, ze heelden namelijk niet meer, te verbergen. Erover spreken deed hij al helemaal niet en met windsels, kleding, handen en voeten heeft hij de wonden – zelfs toen hij (naar eigen wens) naakt op de naakte aarde op sterven lag – geprobeerd te verbergen. Toch werden de tekens, met name op zijn sterfbed, een paar keer gezien.
In de schatkamer van de Basilica di San Francesco – zijn grafkerk – in Assisi zijn nog een paar sloffen te zien die Clara van Assisi voor hem gemaakt heeft. Er zitten speciaal gaten in, om de kruiswonden in zijn voeten te ontzien. En dan kennen we ook het verhaal dat Clara de kruiswonden zou hebben gezien toen hij doodziek bij haar kloostertje San Damiano bij Assisi lag en door haar verpleegd werd. Wellicht was dat ook de directe aanleiding dat zij de sloffen gingen maken.
Franciscus ontvangt de stigmata – Giotto di Bondone
Stigmatisatie Franciscus – Erfurter Barfüßerkirche (vrml. minderbroederskerk)
Er zijn dus enkele ooggetuigen en een tastbare herinnering (de slofjes). Maar goed, hoe moeten we dit nu duiden?
Stigmata – de spirituele duiding vs de criticus
De spirituele duiding van de stigmata wordt in het geval van Franciscus kort samengevat als: Franciscus heeft zijn hele leven niets anders gedaan dan Christus navolgen; aan het eind van zijn leven was dat zo goed gelukt, dat hij zelfs gelijkvormig aan Christus werd.
Een criticus zal zeggen: “Dat klinkt mooi, maar hoe weten we nou dat dit echt is?” Het eerlijke antwoord is: “Dat weten we helemaal niet.” Zoals gezegd was niemand erbij toen dit wonder plaatsvond en aangezien de enige aanwezige – Franciscus dus – er nooit over gesproken heeft, is het op zich al een raadsel hoe het verhaal in de oudste verhalen terecht is gekomen. Je ziet er in de loop der eeuwen de kunstenaars ook mee worstelen. Die voegen soms stiekem een broeder toe als ‘getuige’; hoewel de broeder in kwestie dan vaak weer niet oplet, omdat hij slaapt of zit te lezen.
Een heikel thema
Zoals al gezegd was Franciscus dus de eerste die de stigmata zou hebben ontvangen. In de eeuwen na hem zouden meerdere mensen de stigmata hebben ontvangen. Daarvan zijn ongeveer 300 ‘gevallen’ erkend door de Katholieke Kerk.
Bijzonder is dat de wijze waarop de ontstane stigmata eruitzien altijd vergelijkbaar is met de wijze waarop kunstenaars in diezelfde tijd de kruisiging afbeelden. Zo zijn er tijden dat in de kunst Jezus’ voeten aan het kruis naast elkaar afgebeeld worden en er zijn tijden dat ze over elkaar worden afgebeeld. Dat eerste levert twee even grote voetwonden op en het andere zorgt ervoor dat de wond in de ene voet groter is dan die in de andere voet.
Ander voorbeeld: de handstigmata zitten op schilderijen – en ‘dus’ bij gestigmatiseerde mensen – altijd in de handpalmen. Dit is historisch incorrect. Bij een kruisiging gingen de spijkers door de polsen. Met excuses voor dit bloederige detail, maar de handen zelf zijn niet sterk genoeg om op deze wijze het lichaam te dragen; ze zouden gewoon uitscheuren.
Je zou kunnen stellen dat de wijze waarop de mensen de stigmata zagen en er dus mee geconfronteerd werden, ook de wijze was waarop ze ermee getekend werden. Dat helpt dan niet echt mee voor de ‘betrouwbaarheid’… want de ‘echte’ kruiswonden kunnen er maar op één manier uit hebben gezien. Maar ja, we weten gewoon niet meer precies hoe… Vereerders van een gestigmatiseerde maakt dat ook niet echt uit.
Een bekende gestigmatiseerde is de Italiaanse minderbroeder kapucijn de heilige Pio van Pietrelcina (Padre Pio). Bij alle – ook de erkende – gestigmatiseerde personen wordt de discussie gevoerd of de stigmatisatie echt is. Padre Pio vormt hier geen uitzondering op. Sterker nog, bij hem is die discussie juist zeer sterk aanwezig. Dit komt waarschijnlijk ook omdat hij nog niet zo heel lang geleden gestorven is: in 1968.
Hoe meer zo iemand overigens met de stigmata ‘te koop liep’, des te sterker wordt er getwijfeld aan de echtheid. Ja, ook persoonlijk blijf ik ‘stigmatisatie’ een moeilijk thema vinden. Ik kan het moeilijk een ‘beloning’ van God noemen voor een goed leven. Het is immers een behoorlijk pijnlijk iets – hoewel, ook dat verschilt per gestigmatiseerde. Ik kan me best voorstellen dat er mensen zijn die ertoe in staat zijn om ze eigenhandig aan te brengen (au!) Zelf zou ik dat niet kunnen, laat staan willen…
Padre Pio – op de bovenste foto, zoals vele mensen hem in herinnering hebben. Hij draagt handbescherming over zijn stigmata.
Op de onderste foto toont een jonge Pio de wonden in zijn handen.
“Ondanks mijn kritische houding ten opzichte van stigmata, ben ik zeer geneigd te geloven dat het verhaal over Franciscus waar is.”
Franciscus ontvangt de stigmata – Piero Casentini